In augustus en september 2013 werd een door Fred Heistek geschreven verhaal in twee delen gepubliceerd op dit weblog. Hoofdpersoon was Antonie Heijstek, op 8 april 1840 in Rotterdam geboren. Hij ging naar zee, ging wonen in Nederlands-Indië en werd daarmee de stamvader van de Indische tak. Door het vinden van steeds weer nieuwe feiten en feitjes kan het artikel na tien jaar een vervolg krijgen, worden aangevuld en in een enkel geval zelfs aangepast. Maar we laten u ook kennis maken met een aantal familieleden van hem.

Het grote verdriet van zijn ouders Jan Jacobus en Pieternella

Antonie was een zoon van de op 30 juni 1796 in Dordrecht gedoopte Jan Jacobus Heijstek en Pieternella Maria Luijten, in Rotterdam geboren 2 juni 1802. Zij trouwden in Rotterdam op 7 november 1832 waarbij werd vermeld dat Jan van beroep zeeman was. Uit hun huwelijk werden zeven kinderen geboren, waarvan er één levenloos ter wereld kwam en vier binnen een maand na de geboorte zouden overlijden. Over hun oudste zoon Johannes Jacobus (Rotterdam 28 juni 1834) verscheen op dit weblog op 26 februari 2016 een artikel: “Johannes Jacobus, onze eigen Ketelbinkie”. Hij ging als zestienjarige naar zee en overleed een maand voor zijn zeventiende verjaardag op de terugreis vanuit Nederlands-Indië met het schip “Jacoba Helena”. Ons huidig artikel gaat over de enig overgebleven zoon Antonie en familieleden.

Zijn oom Antonie

Oom Antonie was de jongere broer van vader Jan Jacobus en werd op 8 mei 1798 in Dordrecht ten doop gehouden. Op jonge leeftijd trok hij naar Nijmegen waar hij op 19 mei 1920 trouwde met Maria Antonia van Ernst, op 17 september 1792 geboren in Niel, gelegen in het land van Kleef. Zij kregen elf kinderen van wie er vier jong overleden. Ook hier een zoon Antonie, op 27 januari 1826 geboren in Nijmegen. Hij trouwde op 18 december 1856 in Nijmegen met Paulina Anna Hendrikx met wie hij negen kinderen kreeg. Op 13 februari 2015 werd op dit weblog aan dit gezin aandacht besteed onder de titel: Harvey Lee Hasting was een echte Heijstek”.

Oom Antonie zou een belangrijke rol spelen in het leven van neef Antonie. Nadat diens moeder in 1853 en vader in 1858 waren overleden was hij op zijn achttiende wees en werd oom Antonie aangesteld als zijn voogd. Hoewel “onze Antonie van 1840” op enig moment is gaan varen heeft hij toch ook nog in Nijmegen gewoond, getuige zijn inschrijving aldaar in het militieregister van 1859. In dit register werd vermeld dat Antonie “buitenlands zeevarende” was.

Ondanks alle documenten zijn er ook nog vraagtekens, bijvoorbeeld over stiefmoeder Fijtje Jans met wie vader Jan, twee jaar na het overlijden van zijn eerste vrouw Pieternella Maria Luijten, in 1855 was getrouwd. Zij was soms schoonmaakster, soms dienstbode en verhuisde naar Schiedam en Charlois om steeds weer in Rotterdam terug te keren. In het bevolkingsregister is Antonie een enkele keer vermeld in haar gezelschap. Nog een opmerkelijk gevonden feit: Fijtje woonde ooit aan de Schiedamsedijk 434 in hetzelfde pand waar ook ene Gerrit Varkevisser woonde met zijn vrouw Maartje Spaanderman, geboren in 1801 in Maassluis. Zij was de tante van zijn latere vrouw Maartje Lydia Spaanderman. Ik vermoed dat het een ongetwijfeld met het ander te maken heeft.

Nu weer verder met oom Antonie: Zijn vrouw overleed op 12 april 1858 en op 11 juni 1864 verhuisde hij naar Tiel. In 1867 vroeg hij bij de Gereformeerde Gemeente aldaar een bewijs van attestatie aan voor een vertrek naar Nederlands-Indië. Of hij daadwerkelijk daar is geweest weten we niet, maar het kan niet lang zijn geweest want op 23 juni 1869 was hij in Rotterdam getuige bij het huwelijk van neef Antonie met Maartje Lydia.

Hij was zijn bewijs van attestatie uit 1867 kwijtgeraakt en vroeg in 1876 een nieuw aan, wederom wegens vertrek naar Indië. Ook nu is niet bekend of hij daar is geweest, zo ja hoe lang en bovenal of het van invloed was op het latere verblijf van neef Antonie daar, we weten het niet. Gezien de laatste zin in de hier getoonde brief zou men zeggen van wel: “dat de Heer Heijstek bij de gemeenten der Ned. Herv. Kerk in Indië op de lijst der lidmaten gereedelijk zal worden ingeschreven indien hij dit verzoekt.”

Hoofdpersoon Antonie

Zoals eerder vermeld, op 8 april 1840 in Rotterdam geboren. Hij trouwde op 23 juni 1869 in Rotterdam met Maartje Lydia Spaanderman, in Gouda geboren 22 januari 1842, van beroep modegoednaaister. Oom Antonie uit Tiel trad als getuige op voor zijn neef Antonie. In Rotterdam werden drie kinderen geboren: Antonie op 7 april 1870, Maarten Jacob op 28 februari 1872 en Petronella Maria op 20 augustus 1873.

Antonie was zeeman in hart en nieren, ging al op jonge leeftijd naar zee en voer als 2e stuurman op het schip “Frederik Hendrik”. In de nacht van 1 op 2 januari 1866 liep dit schip op een rif bij Gili Ginteng (foto) in Nederlands-Indië. Twee sloepen met elk vijf man werden uitgezet om te trachten het schip los te maken. Dat ging gruwelijk mis, de sloepen zonken en zeven man verdronken. Onder de drie geredden was Antonie Heijstek.

Rond de tijd van zijn huwelijk kwam hij aan wal en maakte daar de eerste levensjaren van zijn drie kinderen mee. De zee bleef echter trekken en in 1874 werd hij aangesteld als kapitein op de bark (een zeilschip met drie masten) “Cornelia Mathilda”. Begin juni vertrok hij uit Rotterdam met bestemming Soerabaja waar hij 21 september 1874 aankwam. Na zijn lading te hebben gelost voer hij langs enige havens op Java om de retourvracht, bestaande uit koffie, suiker en huiden, met bestemming Nederland te laden. Op de avond van 2 december gebeurde iets wat herinneringen opriep aan hetgeen hem in 1866 was overkomen. Het schip liep ook hier op een rif en de bijzonderheden haalden de krant.

In een later bericht werd de opbrengst van de publieke verkoop vermeld, het wrak met lading bracht fl. 115,00 op, de geredde sloepen en chronometers fl. 404,75.

Antonie naar zee, zijn vrouw naar Gouda

Nadat Antonie begin juni 1874 het ruime sop koos, wilde zijn vrouw Maartje liever niet in Rotterdam blijven wonen. Op 13 augustus van dat jaar liet zij zich met haar drie kinderen in Rotterdam uitschrijven om zich te vestigen in haar geboorteplaats Gouda waar zij ging werken als modiste.

Ruim twee jaar later werden zij in Gouda uitgeschreven met bestemming Oost-Indië (zie de registratie hiervan). Opmerkelijk is dat zowel in de uitschrijving in Rotterdam als in Gouda Maartje met haar meisjesnaam werd vermeld.

Hereniging

Onbekend is hoe Antonie en Maartje met elkaar contact hadden in de twee jaar dat zij van elkaar gescheiden leefden, hij op zee en zij in Gouda. De enige mogelijkheid was een brief per zeepost en die deed er een paar maanden over. Toch werd het besluit genomen dat zij zich in Nederlands-Indië gingen vestigen.

Op 31 augustus 1876 vertrokken Maartje en haar drie kinderen aan boord van de “Prins Hendrik” met bestemming Batavia. Ook hier weer een merkwaardige vermelding in de passagierslijsten: “Mejuffrouw M.L. Heijstek en drie kinderen”. Heel vreemd want met een mejuffrouw werd een ongetrouwde dame aangeduid. Misschien omdat zij zonder man reisde?

Op 25 november 1876 kwamen zij aan in Batavia en was het gezin herenigd.

Toch blijft ook de vraag open waar Antonie was in de twee jaar tussen schipbreuk en aankomst van zijn vrouw? Aannemelijk is dat hij niet in Nederland was daar zij anders samen gereisd zouden hebben. Had zijn oom Antonie een rol gespeeld? Denk hierbij aan de aangevraagde bewijzen van attestatie in 1867 en 1876. En dan was er nog een bijzondere vermelding in de krant van 5 februari 1876 onder de rubriek Aangekomen Vreemdelingen te Batavia: “Heijstek van Singapore”. Was dat oom of neef?

Nog geen jaar herenigd en dan…

Het gezin was nog geen jaar weer bij elkaar toen Antonie op 6 november 1877 een doodgeboren kind moest aangeven bij de Burgerlijke Stand van Batavia. Ruim een week later, op 15 november overleed zijn vrouw Maartje, nog maar 36 jaar oud. Het is niet vreemd te veronderstellen dat beide feiten met elkaar te maken hadden. Antonie bleef achter met drie kleine kinderen.

Antonie hertrouwt met zijn schoonzuster

Jacoba Maria Spaanderman, de vijftien jaar jongere zuster van Maartje Lydia, vertrok op 22 oktober 1878 naar Nederlands-Indië om voor haar zwager, neefjes en nichtje te gaan zorgen. Ook hier weer de terugkerende vraag hoe de contacten tussen Nederland en Indië gingen, vooral omdat slechts iets meer dan twee maanden na haar vertrek zij trouwde met Antonie.

Ook het huwelijk van Antonie en Jacoba ging gepaard met veel verdriet. Pas kortgeleden ontdekte ik op een website van een instantie die zich richt op genealogie in het voormalig Nederlands-Indië dat er drie kinderen waren geboren en alle drie heel jong waren overleden. Dochter Maartje Lydia, vernoemd dus naar Antonie’s eerste vrouw en Jacoba’s zuster, werd op 30 maart 1881 geboren in Batavia en overleed de dag erop. Op 28 september 1884 werd dochter Hendrika Johanna Cornelia geboren, eveneens in Batavia waar zij op 12 oktober van dat jaar overleed. Zoon Cornelis Hendrik Anthony werd in Semarang geboren 30 augustus 1890 en overleed daar 23 mei 1891.

Op 11 mei 1892 kwam in Semarang zoon Anthony Marinus Cornelis ter wereld, maar ook dat kon Jacoba weinig vreugde geven. Haar man Antonie was op 12 november 1891 na een ziekbed van slechts twee dagen overleden, dus zes maanden voor de geboorte van zijn zoon.

Jacoba kwam op 4 april 1898 te overlijden in Weltevreden, slechts 40 jaar oud en een zesjarige zoon achterlatend. Een opmerkelijk feit in de geboorteadvertentie, er werden geen ouders vermeld.

Deze zoon Anthony werd naar Nederland gehaald waar hij in Rotterdam werd opgenomen in het gezin van Johanna Cornelia Spaanderman, een zuster van Maartje en Jacoba. Johanna was getrouwd met Willem Christiaan van der Haak. Op 28 december 1921 werd Anthonij in Rotterdam uitgeschreven en vertrok naar Heemstede. Vanaf dat moment is er niets meer over hem te vinden.

Volledigheidshalve nog even in het kort de verdere levensloop van de drie kinderen van Antonie Heijstek en Maartje Lydia Spaanderman:

  1. Antonie, op 7 april 1870 in Rotterdam geboren. Trouwde op 14 december 1895 in Soerabaja met Hermine Raaff, geboren 27 maart 1873 in Semarang. Antonie overleed op 23 november 1924 in Weltevreden, zijn vrouw Hermine op 14 november 1955 in Den Haag.

Antonie werd op 26 maart 1888 militair en zijn aanstelling luidde als volgt: “op 26 maart 1888 vrijwillig geëngageerd voor zes jaren, premie fl. 300,00 en geplaatst als fuselier bij het 2e Depot Bataljon van het K.N.I.L.” De laatste kolom van zo’n aanstelling was gereserveerd voor: “gedane veldtochten, versierselen, bekomen wonden en uitstekende daden.”, maar bleef zonder vermeldingen. Antonie klom op tot de rang van 2e Luitenant.  

Er is geen foto gevonden van Antonie, maar wel zijn kenmerken bij de inschrijving: lengte 1,555, hoog voorhoofd, grijze ogen, gewone neus, kleine mond, ronde kin en blond haar.

  1. Maarten Jacob, op 28 februari 1872 in Rotterdam geboren, trouwde voor de eerste keer met de in Blora geboren Soekirah en voor de tweede keer met de omstreeks 1875 in China geboren Liem Tjong Nio. Maarten Jacob kwam op 23 december 1914 door geweld om het leven in Toeban.
  2. Petronella Maria, op 20 augustus 1873 in Rotterdam geboren. Zij vertrok vanuit Indië naar Zuid-Afrika waar zij 31 oktober 1898 trouwde met Hendrikus Marinus Jan van de Wall, geboren in Brouwershaven 23 september 1875. Petronella overleed 22 december 1962 in Leiden, Hendrikus op 17 juli 1958 in Den Haag.

***